Zolang de overheid niet expliciet heeft verboden om op het werk te komen is thuiswerken geen absoluut recht. Dit neemt niet weg dat een verzoek tot thuiswerken door een werkgever altijd serieus in overweging moet worden genomen. Nu de Rijksoverheid heeft geadviseerd om enkel naar het werk te komen als dit niet anders kan (thuiswerken indien mogelijk), zal een werkgever op grond van goed werkgeverschap eerder tegemoet dienen te komen aan een dergelijk verzoek.
Dit neemt niet weg dat hij een ingediend verzoek ook kan weigeren. Voorwaarde daarvoor is dat het bedrijfsbelang de aanwezigheid van de werknemer vergt en dat er voldoende maatregelen zijn getroffen om het risico op besmetting met COVID-19 zoveel als mogelijk te beperken.